Aan brood wordt jodiumhoudend zout toegevoegd. Om die reden is brood, naast jodiumhoudend zout, een belangrijke bron van jodium. Tot juni 2009 werd een onderscheid gemaakt tussen broodzout en bakkerszout. Tot die tijd werd broodzout alleen toegevoegd aan brood en bakkerszout werd in alle andere producten zoals koekjes en gebak.

Historie van jodium in brood

Brood als jodiumbron is in 1942 gekozen omdat dit door de meeste mensen dagelijks in voldoende hoeveelheid werd gegeten. Daarbij werd tot 2009 broodzout gebruikt wat 70-85 mg per kg zout bevatte. Mede vanwege EU bepalingen is broodzout sinds 2009 niet meer toegestaan en vervangen door bakkerszout wat 50-65 mg per kg zout bevat.

Daarnaast was de hoeveelheid zout in het brood in 1942 veel hoger dan vandaag en bedroeg 2,5 %. In 2009 is bepaald dat dit niet meer mag zijn dan 1,8%, maar inmiddels wordt getracht dit zoveel mogelijk te verminderen. Een test van de consumentenbond een aantal jaren geleden liet zien dat ambachtelijk brood vaak nog teveel zout bevat alhoewel sommig bakkers slechts 1,3% zout te gebruiken. Bij de industriële bakkers is het zoutgehalte over het algemeen lager dan bij de ambachtelijke bakkers (Rapport consumentenbond over zout in brood).
Uit onderzoek door Nederlandse Vereniging voor de Bakkerij blijkt dat in 2019 het gemiddelde zoutpercentage in Nederlands brood 1,6% bedroeg (zie hier).
Daarnaast is het goed te realiseren dat biologisch brood vaak zeezout bevat waar nauwelijks jodium in zit. Er is dan ook geen verplichting om in biologisch brood jodiumhoudend zout te gebruiken.

Jodium per boterham

Wat zit er nu in een boterham? Bij een percentage van 1,3% bevat een boterham 0,3 gram zout, wat betekent 19,5 microgram jodium. Als het zout tenminste 65 mg per kg bevat. Is dat 50 mg per kg dan is het 15 microgram jodium per boterham.
Bij een percentage van 1,6% hebben we het over 0,35 gram zout per boterham. Wat neerkomt op 22,75 tot 17,5 microgram jodium per boterham bij respectievelijk 65 of 50 mg jodium per kg zout.
Voor een zwangere of borstvoeding gevende vrouw is het eigenlijk onmogelijk om met brood voldoende jodium binnen te krijgen. Om 250 microgram binnen te krijgen zou ze meer dan tien boterhammen per dag moeten eten.

Grote veranderingen in eetpatroon

Daarnaast is het goed om te realiseren dat het eetpatroon in de beginperiode totaal anders was. Vis werd in die tijd veel vaker gegeten dan vandaag. Op vrijdag was vaak de vismarkt en vis was goedkoper dan vlees. Daarnaast werd er in de maanden met de r in de maand vaak levertraan gebruikt. Beide bevatten een behoorlijke hoeveelheid jodium. Daarnaast werd jodiumhoudend zout in de keuken zeer veel gebruikt. Zoutbeperking kenden we toen niet. Ondanks dat totaal andere eetpatroon was het nodig om ook jodium via het brood toe te voegen. Waarbij men meer en vaker brood at dan tegenwoordig. Zeker nu we vaak minder koolhydraten eten, eten we ook minder brood. En zoals gezegd eten we biologisch brood wat vaak geen bakkerszout bevat.

De keus die vroeger werd gemaakt voor brood als jodiumbron is vandaag niet meer zo logisch. Duidelijk is dat er grote individuele verschillen zijn en er geen algemene regel mogelijk is.

Het is dus verstandig om zelf te beoordelen hoeveel brood men eet en of dat voldoende is om dagelijks genoeg jodium binnen te krijgen.